Prijzenpot op Euro 2024: UEFA deelt 331 miljoen euro uit

De prijzenpot op Euro 2024: UEFA houdt het op 331 miljoen, clubs krijgen wel (iets) meer

11 juni om 19:19
Laatste update: 11 juni om 19:19

Vanaf vrijdag gaan 24 landen op zoek naar de heilige graal van het Europese voetbal, de Coupe Henri Delaunay. Ook de Rode Duivels mikken op eeuwige roem, al leveren sportieve glansprestaties ook financieel een mooi extraatje op. VoetbalPrimeur.be werpt een blik op de prijzenpot van de UEFA, voor de deelnemende landen én de clubs.

De landen
Eerst en vooral krijgen de federaties uiteraard geld uitgereikt op basis van de resultaten van hun nationale ploeg. De UEFA heeft daarvoor een totaalbedrag van 331 miljoen euro uitgetrokken. Dat is exact evenveel als op Euro 2020. Deelnemen is belangrijker dan winnen, en dus krijgen de 24 aanwezigen in Duitsland al een sappige startvergoeding ter waarde van 9,25 miljoen euro. Die som kan de Belgische voetbalbond dus al zeker bijschrijven.

Hopelijk voor de KBVB blijft het daar niet bij. Afhankelijk van de prestaties valt er namelijk nog meer lekkers te rapen. Elke overwinning in de groepsfase levert telkens één miljoen euro op, voor een gelijkspel ontvang je de helft. Vanaf dan zijn er bonussen per ronde. In de achtste finales gaat dat nog om 'slechts' anderhalf miljoen, maar aan het einde van het toernooi nemen die bedragen fors toe. Zo krijgt de eindwinnaar nog eens acht miljoen erbovenop. De verliezende finalist kan zich proberen troosten met vijf miljoen.

  • Deelname aan de groepsfase: 9,25 miljoen euro
  • Groepsfase: 1,0 miljoen euro bij winst, 500.000 euro bij gelijkspel
  • Achtste finales: 1,5 miljoen euro
  • Kwartfinales: 2,5 miljoen euro
  • Halve finales: 4 miljoen euro
  • Verliezend finalist: 5 miljoen euro
  • Eindwinst: 8 miljoen euro

In een ideale wereld zijn de Rode Duivels midden juli 28,5 miljoen euro. Dat zou het geval zijn als ze al hun groepsduels winnen én het EK op hun naam schrijven.

De clubs
Niet enkel de landen delen in de prijzen, ook de clubs mogen zich aan vergoedingen verwachten. Althans, de clubs die spelers afleveren voor het EK. Tot op heden heeft de UEFA daar nog altijd niet honderd procent transparant over gecommuniceerd. Wat al vast staat, is dat dat totale budget wél is opgekrikt, van 130 miljoen euro naar 140 miljoen.

Hoe werkt het principe? Vrij eenvoudig eigenlijk. Een club krijgt per dag per speler die het moet afstaan, een vaste som geld. Hoe langer de speler(s) in kwestie op het toernooi actief is/zijn, hoe verder die som oploopt. De periode die in rekening wordt gebracht, start overigens vanaf tien dagen voor de openingsmatch van het EK. Om dat even concreet te maken: in het allerslechtste geval liggen de Rode Duivels op woensdag 26 juni al uit het toernooi, na hun derde groepswedstrijd. Op dat moment zou de teller van de UEFA op 23 dagen staan.

Allemaal goed en wel, maar met hoeveel geld komt dat dan overeen? Die precieze verdeling heeft de UEFA dus nog niet bekend gemaakt. Op het vorige EK hanteerde de Europese voetbalassociatie een systeem met drie categorieën. Afhankelijk van de grootte van het clubteam in kwestie kwam je terecht in categorie 1, 2 of 3. Zij kregen respectievelijk 8700 euro, 5800 euro en 2900 euro per dag per speler.

Laat ons eens het voorbeeld nemen van landskampioen Club Brugge. Als de West-Vlamingen volgens de UEFA bij categorie 1 horen (wat ten tijde van Euro 2020 zo was), strijken ze al minstens 23 keer (=het aantal dagen dat de Rode Duivels in het toernooi zitten) 8700 euro op voor Maxim De Cuyper. De rekenmachine leert ons dat dat neerkomt op 200.100 euro. Voor RSC Anderlecht zou dat zelfs het tweevoud zijn, want met Zeno Debast en Jan Vertonghen tellen zij twee Duivels. Op voorwaarde dat de UEFA ook paars-wit in categorie 1 opneemt ... Voor spelers die voor een ander land uitkomen, zoals de Deense connectie bij Anderlecht bijvoorbeeld, krijgt de club uiteraard dezelfde vergoeding.