VP Analyse: Wat ging er mis bij Club Brugge?
Een 0-3 pandoering in eigen huis tegen Leicester City op de openingsspeeldag werd nog afgedaan als een uitschuiver. Te groen achter de oren en niet in vorm in de eigen competitie, klonk het. Tegen Kopenhagen zou het beter gaan. Na een zes op zes in de Jupiler Pro League leek het vertrouwen te groeien, maar Kopenhagen drukte die vakkundig de kop in met een 4-0 zege. Waar ging het mis?
De analyse van trainer Michel Preud'homme was er boenk op. Club Brugge kan een organisatie opzetten en deed zowel Leicester als Kopenhagen pijn. In beide wedstrijden hadden ze eigenlijk op voorsprong moeten komen, maar respectievelijk José Izquierdo en Claudemir faalden voor doel.
En daar zijn we ineens bij het pijnpunt aangekomen. Op het niveau van de Champions League betaal je missers cash. Club profiteerde telkens niet, de tegenstander deed dat wel. In beide gevallen na een flater in de Brugse defensie. Tegen Leicester kopte Vanaken de bal voor de neus van Butelle door, Albrighton scoorde in het lege doel. Dinsdag werkte Denswil een ongevaarlijke voorzet in eigen doel.
De veer breekt
Dan komt het tweede probleem van Club bovendrijven: het inzakken van de organisatie. Het geloof in eigen kunnen op het niveau van het Kampioenenbal is niet groot genoeg. In beide partijen werd het na het openingsdoelpunt overlopen. Tegen Kopenhagen zorgde Butelle nog even voor een boost door een strafschop te pakken, maar de wereldgoal van Tomas Delaney zorgde ervoor dat de al gebogen veer bij Club helemaal brak.
Dus sluiten we ons, zoals eerder vermeld, aan bij de analyse van Preud'homme. Club Brugge komt op dit niveau tekort. De basis is er, maar zolang er individuele fouten gemaakt worden en de ploeg het geen 90 minuten kan volhouden, wordt punten pakken moeilijk.