Geen drie, maar vijf wissels: tien trainers profiteerden, Losada spant de kroon
Vorige week, toen speeldagen 18 en 17 (ja, wel degelijk in die volgorde) op de planning stonden, hakte de coronavermoeidheid er diep in in de Jupiler Pro League. Niet minder dan dertien (!) pechvogels vielen uit met een blessure. Mede daarom werd beslist om het aantal toegestane wissels afgelopen weekend al op te krikken naar vijf stuks. Maakten de coaches daar ook gebruik van? VoetbalPrimeur.be zoekt het uit.
Voor het eerst sinds lang konden alle negen wedstrijden van dezelfde speeldag nog eens volgens plan afgewerkt worden, al kenden onder meer K. Beerschot V.A. en KAS Eupen wel een gebrekkige voorbereiding. Het was niet alleen reikhalzend uitkijken naar het ingetogen vieren bij doelpunten, ook het wisselgedrag zou anders zijn. Ter herinnering: clubs mogen tot het einde van het seizoen tot vijf wissels doorvoeren per wedstrijd.
Bovendien krijgen de achttien trainers uit onze hoogste klasse er een extra moment bij, aangezien er bij de rust én op drie willekeurige tijdstippen vervangen mag worden. Die ingreep zou de overbelasting moeten tegengaan, maar schept misschien ook meer tactische vrijheid. Laat ons in eerste instantie een blik werpen op de doorgevoerde wissels van afgelopen weekend, tijdens speeldag 19. In het overzicht staan telkens twee cijfers genoteerd: het totale aantal wissels in de laatste wedstrijd, tussen haakjes gevolgd door het aantal verschillende momenten waarop die wissels werden gedaan.
Overzicht speeldag 19:
RSC Anderlecht : 3 (3)
Royal Antwerp FC: 5 (3)
K. Beerschot V.A.: 5 (4)
Cercle Brugge: 2 (2)
Sporting Charleroi: 4 (4)
Club Brugge: 2 (2)
Eupen: 5 (3)
KRC Genk: 3 (3)
KAA Gent 3 (2)
KV Kortrijk: 4 (4)
OH Leuven: 4 (2)
KV Mechelen: 4 (3)
Royal Excel Moeskroen: 4 (3)
KV Oostende: 3 (3)
Sint-Truiden: 4 (3)
Standard: 4 (2)
Zulte Waregem: 3 (3)
Waasland-Beveren: 3 (3)
Enkele conclusies:
- Dankzij de kersverse regelwijziging is het aantal wissels alvast gestegen. Afgelopen weekend voerde elke ploeg gemiddeld 3,6 vervaningen door.
- Toch vonden slechts drie trainers het nodig om de innovatie meteen maximaal te benutten. Enkel Ivan Leko (Antwerp), Hernan Losada (Beerschot) en Beñat San José (Eupen) stuurden vijf frisse krachten de wei in.
- Datzelfde geldt voor het aantal gebruikte wisselmomenten. Ook hier spant Losada de kroon. De Argentijnse Antwerpenaar spreidde zijn vijf invallers over vier momenten en is zo de enige trainer die alle voordelen van het nieuwe systeem uitbuitte. Daar werd hij wel deels toe gedwongen door de vroege blessure van Tarik Tissoudali. Ook Karim Belhocine (Charleroi) en Yves Vanderhaeghe (Kortrijk) vroegen tot vier keer toe een vervanging aan, echter telkens voor één speler.
- Niettemin besloten acht van de achttien trainers om geen gebruik te maken van de mogelijkheid tot meer wissels. Zij hielden het bij hoogstens drie invallers.
- Opvallend: ook Philippe Clement en Hein Vanhaezebrouck hielden vast aan de oude gewoontes. Beide heren waren de voorbije weken nochtans felle pleitbezorgers van een tijdelijke aanpassing. Bovendien hebben hun spelerskernen het meest te lijden gehad onder de drukke kalender, aangezien zij er een Europees parcours hebben opzitten.
- Voornamelijk vanwege het extra wisselmoment zouden coaches misschien sneller tactisch kunnen bijsturen, was één van de verwachtingen. Die aanname lijkt bevestigd door de statistieken van de voorbije speeldagen. Zo besloten Belhocine, Alexander Blessin (Oostende), Philippe Montanier (Standard) en Vanderhaeghe al bij de rust andere troeven op het terrein te brengen. Losada moest dat noodgedwongen al na een kwartier doen. Nicky Hayen (Waasland-Beveren) daarentegen maakte al voor rust een sportieve keuze. De inbreng van Daniël Sinani hielp de staartploeg mee aan een punt bij Genk (1-1).
- Welke invallers maakten ook effectief een verschil voor hun elftal? Twee jongens beleefden een mooi moment door de winning goal aan te tekenen: Jean-Luc Dompé (Zulte Waregem) en Marian Shved (KV Mechelen). De assist van Hugo Siquet, bij zijn eerste balcontact nota bene, mocht dan weer niet baten voor Standard. In Antwerp-Charleroi waren de bankzitters pas écht van goudwaarde. Eerst dwong Carolo Saido Berahino Abdoulaye Seck tot een eigen doelpunt, maar dat werd rechtgezet dankzij de tandem Simen Juklerod-Cristian Benavente, die de remonte van The Great Old inluidde. Tot slot scoorde de ingevallen David Okereke de (overbodige) 3-0 voor Club Brugge.
- Tot slot nemen we nog even het specifieke tijdstip van de eerste wissels onder de loep. Vervangen onze trainers vroeger nu ze wat meer ruimte hebben? Het antwoord lijkt ‘nee’ te zijn. Tijdens het voorbije weekend viel de eerste vervanging in de negen JPL-duels gemiddeld in minuut 59. In vergelijking met speeldagen 1, 2 en 3, toen alle spelers nog als jonge veulens over de grasmat draafden, verschilt dat nauwelijks. Toen vond die openingswissel gemiddeld in de 65e, 57e en 63e minuut plaats. Soms blijven dingen dus gewoon bij het oude!