Daar is de Serie A weer: Inter en Napoli ruiken kans, Pirlo moet Juve sexy maken

Daar is de Serie A weer: Inter en Napoli ruiken kans, Pirlo moet Juve sexy maken

19-09-2020 10:00 Laatste update: 20:52
3

Dat 2020 een jaar om nooit te vergeten is, hoeft geen betoog meer. Door de maandenlange impasse kregen we een zomer vol voetbal. De Jupiler Pro League draait inmiddels op volle toeren, maar na een korte onderbreking zijn ook heel wat van de grootste competities alweer opgestart. Dit weekend openen als laatste trekpleisters ook de Bundesliga en de Serie A hun deuren. VoetbalPrimeur.be blikt vooruit op de Italiaanse hoogste klasse.

Geen land in Europa waar het coronavirus zo zwaar inhakte als in Italië. Vele duizenden mensen bezweken aan de pandemie, vooral in de noordelijke en meer welvarende regio’s. Op het piekmoment van de eerste golf kregen de hyperkatholieke Italianen zelfs hun overledenen niet meer begraven … Dat sloeg diepe wonden bij de bevolking. Ook het calcio ontsnapte niet aan de kritiek. Dat de nationale bond de Serie A zo snel mogelijk weer wilde heropstarten, zette kwaad bloed bij heel wat mensen, óók bij verstokte voetbalfans. De belangrijkste bijzaak ter wereld trok zich na een heleboel getouwtrek dan toch weer op gang.

Op het moment van de hervatting, eind juni was dat, kon de ontknoping eigenlijk nog alle kanten uit. Dat was op zich al een verademing, aangezien Juventus de jaren voordien oppermachtig voorbij de tegenstand was geraasd. Hoewel de kaarten ditmaal anders lagen, haalden de bianconeri het ook nu weer. Die titel was niet zozeer de eigen verdienste, want Juve presteerde bijzonder bleekjes, eigenlijk doorheen het hele seizoen. Gelukkig voor de Turijners kregen ook de uitdagers geen lijn in hun uitslagen. Zeker Inter, dat op papier de grote belager moest worden, viel door de mand. De opmars van Atalanta Bergamo was dan nog het meest opvallend. De inmiddels ex-club van Timothy Castagne deed de neutrale fan smullen dankzij geweldig attractief voetbal, met een karrenvracht aan doelpunten. In de Champions League was dat ei zo na voldoende om finalist Paris Saint-Germain te nekken.

Verwachtingen: eindelijk een échte titelstrijd
In tegenstelling tot de voorbije edities kan de Serie A in 2020-2021 echt alle kanten uit. Het dreigt namelijk een overgangsjaar te worden voor Juventus. De trotse grootmacht besloot met de grove borstel door de huidige selectie te gaan: ciao Maurizio Sarri en een resem (oudere) vedetten, zoals Gonzalo Higuain en Miralem Pjanic. La Vecchia Signora mikt op een lading verse talenten om die leemte op te vullen. Aan het roer gokte het bestuur met de aanstelling van Andrea Pirlo. De Italiaanse maestro zou in eerste instantie beloftecoach worden, maar belandde na een stroomversnelling plots in de hoofdstoel. Hoewel de levende legende nog alles moet bewijzen in het trainersvak, is het vertrouwen in Turijn groot.

Niettemin zal de leiding er waarschijnlijk mee kunnen leven dat de Scudetto eens niét in Piemonte landt. Na enkele saaie campagnes staat er vooral een verhoogde aantrekkingskracht van het veldspel voorop. Daar zou de concurrentie van moeten profiteren. Die gouden kans klinkt voornamelijk Inter als muziek in de oren. Met de komst van Antonio Conte en Romelu Lukaku rolden de Nerazzurri vorige zomer al met de spierballen. Toch voldeden de prestaties niet helemaal aan de verwachtingen van de Aziatische eigenaars. Conte schreeuwde al om verdere versterking, maar dat doet de generaal eigenlijk altijd en overal. Zelfs met de huidige selectie moet Inter de aartsrivaal uit Turijn naar de kroon kunnen steken.

Verder wordt het vooral uitkijken naar Atalanta en Napoli. De revelatie uit Bergamo blijft in de deskundige handen van Gian Piero Gasperini en rondde al enkele interessante transfers af. Aan uitgaande zijde verloor het wel Castagne, die niet kon weerstaan aan de lokroep van de Premier League. In Napoli smeet men dan weer met geld om Victor Osimhen naar het zuiden te halen. De Nigeriaanse sensatie moet de nieuwe bliksemafleider voor recordtopschutter Dries Mertens worden. De toekomst van onze landgenoot zag er lange tijd troebel uit, maar uiteindelijk besloot hij dan toch aan boord te blijven. Verre outsiders lijken verder Lazio Roma, dat na een fenomenale reeks wegzakte na corona, en AC Milan. De traditieclub uit Milaan rondde het seizoen hoopvol af en mag voor het eerst sinds lang weer eens de ambitie hebben om op CL-voetbal te mikken.

Op individueel vlak zou de strijd om de topschutterstitel wel eens razend spannend kunnen worden. Afgelopen seizoen staken drie gevaarlijke heerschappen erbovenuit. Ciro Immobile trok finaal aan het langste eind, maar met Cristiano Ronaldo ben je nu eenmaal nooit klaar. Voor de corona-onderbreking klonk her en der nochtans dat het wel eens ‘het jaar te veel’ zou geweest zijn. Maar kijk, op zijn 35e sloeg de Portugese megaster nog maar eens terug, met een gebruikelijke berg goals. En dan is er natuurlijk nog Lukaku. In zijn debuutcampagne klokte de kolos af op 34 treffers over alle competities heen. Het was van de mythische Ronaldo (die andere) geleden dat een spits van Inter nog aan die cijfers kwam. Mag Big Rom zich de volgende Capocannoniere noemen?

Acht nieuwkomers om naar uit te kijken

Arthur (Juventus)
In Barcelona zorgde de ruildeal Arthur-Pjanic voor forse kritiek, Juve wrijft zich dan weer in de handen. Ironisch genoeg was de Braziliaan nu net een van de weinigen die Camp Nou niét per se moest verlaten. Met zijn komst haalt de 36-voudige landskampioen eigenlijk een zes jaar jongere versie van Pjanic in huis. De controlerende middenvelder blinkt uit in balbezit en moet de nieuwe metronoom van het elftal van Pirlo worden. De vergelijking met zijn kersverse trainer is overigens niet veraf.

Achraf Hakimi (Inter)
Ietwat onder de radar plukte Conte een van de meest begeerde flankverdedigers ter wereld weg. In twee jaar bij Borussia Dortmund maakte Hakimi grote sier. De Marokkaan draaft zijn lijn af dat het een lieve lust is, verdedigt sterk, dreigt met haarfijne voorzetten en pikt zelfs regelmatig zijn doelpuntje mee (vorig seizoen vijf in de Bundesliga). Iedereen had verwacht dat moederclub Real Madrid hem eindelijk eens een volwaardige kans zou geven, maar blijkbaar kwam een transfer naar Inter De Koninklijke beter uit.

Razvan Marin (Cagliari)
In zijn laatste jaar bij Standard Luik speelde de middenvelder alles kapot, maar zijn verhuis naar Amsterdam verteerde hij minder. Marin kon bij Ajax nooit het beste van zichzelf laten zien. Dat had deels te maken met de moordende concurrentie, maar de Roemeen werd ook niet altijd op zijn beste positie uitgespeeld. Een vertrek drong zich bijgevolg op. De voormalige Rouche liet een terugkeer naar België links liggen en koos voor Sardinië. Eigenlijk moet Marin er de opvolger voor Radja Nainggolan worden, die te duur is om definitief te binden.

Weston McKennie (Juventus)
Zoals gezegd zet het Turijnse bestuur in op verjonging en opfrissing van de selectie. Als 22-jarige past deze McKennie perfect in dat plaatje. Uiteraard moet ook het nodige talent aanwezig zijn, maar daar hoeft de Amerikaan niet over te klagen. Bij Schalke 04, waar hij zelfs de jeugdcategorieën doorliep, groeide McKennie gestaag uit tot een vaste waarde in het eerste elftal. Als box-to-box-speler moet hij (op termijn?) de draver worden op het middenveld van Pirlo.

Aleksey Miranchuk (Atalanta)
Typisch zo’n naam die nu al jaren regelmatig overwaait uit het Russische voetbal, maar die weinigen eigenlijk al zelf aan het werk hebben gezien. Daar komt binnenkort waarschijnlijk verandering in. Op zijn 24e vond het uithangbord van Lokomotiv Moskou de tijd rijp om de overstap naar het westen te maken. In Bergamo past de fijne linkervoet van Miranchuk alvast als gegoten. Bovendien zou hij de waanzinnige doelpuntenmachine van Gasperini nog een extra impuls kunnen gegeven. Als centrale middenvelder klokte de Rus vorig seizoen af op twaalf goals in de Premjer Liga.

Vedat Muriqi (Lazio)
Deze zomer viel zijn naam even bij RSC Anderlecht, maar uiteindelijk bleek Muriqi geen spek voor de bek van paars-wit. Dat is allerminst een schande, want uiteindelijk legde Lazio liefst 17,5 miljoen euro op tafel … De verwachtingen in Rome zijn dan ook hooggespannen. Die bouwde Muriqi overigens zelf op, aangezien de spits zich met vijftien rozen tot topschutter van Fenerbahçe kroonde. Bij Lazio kruipt hij waarschijnlijk in de rol van doublure voor Immobile. Of kiest Simone Inzaghi voor een tweespitsensysteem?

Victor Osimhen (Napoli)
Steil omhoog, zo verloopt het carrièrepad van de nog altijd maar 21-jarige Osimhen. De Belgische voetbalvolger had het al in de smiezen bij zijn passage in Charleroi: deze jongen zou een grote worden. De overstap naar Lille OSC verteerde de Nigeriaan moeiteloos. In totaal zette hij er achttien keer de netten bol, waarvan twee in de Champions League. Napoli-voorzitter Aurelio De Laurentiis maakte er een prestigeproject van en haalde zijn filmeuro’s nog eens boven. Voor 70 miljoen moet de snelle en krachtige Osimhen I Partenopei naar de top van de Serie A stuwen.

Sandro Tonali (AC Milan)
Terwijl de echte Pirlo zijn eerste pasjes als hoofdcoach zet, legt Milan haar eieren in het mandje van ‘de nieuwe Pirlo’. Dat is immers de bijnaam van Tonali, de twintigjarige sensatie van Brescia Calcio. In de Serie B liet de spelmaker zijn enorme potentieel al wekelijks bewonderen. Die lijn trok hij vorig seizoen, na de promotie, vrolijk door, met drie caps voor La Squadra Azzurra ter beloning. In San Siro vormt Tonali straks een van de steunpilaren van een elftal dat weer naar boven durft kijken. Eén werkpunt: zijn impulsiviteit. Over twee seizoenen heen kreeg hij liefst 21 gele kaarten onder de neus geduwd …