De top-50 van de beste spelers uit de Jupiler Pro League 2019-2020: 10 tot 1

De top-50 van de beste spelers uit de Jupiler Pro League 2019-2020: 10 tot 1

17-04-2020 09:30 Laatste update: 15:00
38

Door het coronavirus lijkt de Jupiler Pro League niet meer hervat te zullen worden en krijgen we geen Profvoetballer van het Jaar, maar bij VoetbalPrimeur.be zagen we geen reden om onze jaarlijkse top-50 af te blazen. Deze week gingen we dan ook naarstig op zoek naar de 50 beste spelers uit de voorbije maanden in ons vaderlandse voetbal. Wie tilde zijn ploeg eigenhandig naar een hoger niveau? In deze vijfde en laatste aflevering, de apotheose: de top-tien!

Om onze rangschikking op te stellen, werd aan elke redacteur van VoetbalPrimeur.be gevraagd om een persoonlijke top-twintig door te geven, waarbij de eerste in het lijstje twintig punten kreeg toebedeeld, de tweede negentien, enzoverder. De twintigste speler van elke redacteur mocht dus nog één puntje achter zijn naam schrijven. Nadien werden alle scores samen opgeteld tot één eindstand. Tussen haakjes ziet u telkens hoeveel punten de speler in kwestie gekregen heeft van onze redactie. Het maximum aantal is 160.

10. Lior Refaelov (Royal Antwerp FC, 48)
Op zijn 33e behoort de Israëliër nog steeds tot het kruim van de voetballers in de JPL. Door een conflict met dat andere speerpunt bij Antwerp, Dieumerci Mbokani, besloot Laszlo Bölöni hem even te bannen, maar daar moest de vergevingsgezinde trainer al snel op terugkomen. Technisch kent Refaelov al jaren zijn meester niet. Nu oogde de spelmaker fysiek zowaar scherper dan ooit en draafde daardoor toch weer naar elf competitietreffers.

9. Krépin Diatta (Club Brugge, 51)
Het volgende pronkstuk van goudmijn Club Brugge. Voor amper twee miljoen euro opgepikt in Noorwegen, straks aan een veelvoud richting Europese (sub)top. De 21-jarige Diatta etaleerde in 2,5 seizoenen op Jan Breydel ruimschoots zijn brede arsenaal aan vaardigheden. Naast zijn fysieke vermogens en verfijnde baltoets beschikt de flankspeler ook nog eens over een knap spelinzicht, eerder zeldzaam op zijn positie.  

8. Vadis Odjidja (KAA Gent, 65)
Hulde aan Jess Thorup, die een ruit om van te smullen vorm gaf bij de Buffalo’s. Aan de zijde van schokbreker Elisha Owusu en strateeg Sven Kums vertolkte deze Odjidja de rol van bezieler. Nog niet zo lang geleden gebrandmerkt als ‘eeuwige belofte’, maar nu staat er eindelijk ook een heldere kop op dat ferme lichaam en die fijnbesnaarde voeten. Odjidja vuurde zijn manschappen aan als de allerrijpste veldmaarschalk, goed voor een tweede plek in de (eind?)afrekening.

7. Ruud Vormer (Club Brugge, 70)
Of wat had u gedacht? Een top-tien van de JPL zonder Vormer, dat kunnen we ons simpelweg niet meer inbeelden. De Nederlander is zo’n type speler dat altijd aan een ondergrens van zeven op tien voetbalt. En ok, doelpunten maken was er even niet bij deze jaargang. Dan los je dat toch gewoon op door je ploegmaats nóg meer in stelling te brengen? Uiteindelijk klokte Vormer af op veertien assists, de enige in de competitie die dubbele cijfers kan voorleggen. De ziel van Club.

6. Hendrik Van Crombrugge (RSC Anderlecht, 87)
Wanneer je doelman verkozen wordt tot meest verdienstelijke speler, zegt dat wel wat over je seizoen. Vanzelfsprekend doet dat geen afbreuk aan de kwaliteiten van de man in kwestie. Toen Van Crombrugge deze zomer ten langste leste KAS Eupen mocht inruilen voor de traditionele top, kon zijn geluk niet op. Hier en daar werden vraagtekens geplaatst, maar de minzame Leuvenaar keepte die al snel naar de vergeethoek. Met een resem flitsende reddingen was hij lange tijd het enige lichtpunt in donkere, Brusselse dagen.

5. Clinton Mata (Club Brugge, 94)
Het Brugse Beescht! Met zo’n kornuit had Jan Breydel ongetwijfeld dolgraag richting Guldensporenslag getrokken. Sinds zijn aankomst in Brugge is Mata gestaag uitgegroeid tot de meest gevreesde verdediger van ons land. Als rechterpion in de driemansdefensie van Philippe Clement dekt de Angolese Luikenaar ultrastrak en tackelt hij vlijmscherp, waarmee hij menig linksbuiten tot wanhoop drijft. Bij gelegenheid laat Mata ook zijn aanvallende impulsen nog eens bewonderen. Onmogelijk af te stoppen.

4. Simon Mignolet (Club Brugge, 109)
Olie drijft altijd boven, zo luidt het spreekwoord. Datzelfde geldt voor onversneden klasse. Straf was het wel: Club plukte tijdens de zomermercato eventjes een gerespecteerde doelman weg bij de Champions-League-houder. Een transfer die gewoon niet fout kón gaan. Een gretige Mignolet greep de kans met beide handen, want eindelijk mocht de Limburger zijn enorme klasse nog eens laten bewonderen. Het quasi-onverslaanbare slot op de ijzersterke achterhoedepoort van Blauw-Zwart.

3. Hans Vanaken (Club Brugge, 134)
De vijfde en laatste troefkaart van Club in deze top-tien; het zet de heerschappij van de (waarschijnlijke) landskampioen stevig in de verf. Tweevoudig Gouden Schoen Vanaken is nu al een tijdje het Brugse kroonjuweel. Spreken doet de Limburger liefst van al met zijn vergulden voeten, al pruttelde een pijnlijke pols na Nieuwjaar wat tegen. Zijn geheim? Puur voetbalintellect combineren met klinische efficiëntie. Voor de zevende keer in negen profseizoenen (!) maakte Vanaken minstens tien competitietreffers. Waanzin.

2. Dieumerci Mbokani (Royal Antwerp FC, 137)
Waarschijnlijk de minst vervangbare speler van allemaal. Geen wonder dat Mbokani, op zijn 34e nota bene, amper één JPL-duel miste het afgelopen jaar. De beslagen voetbalkenner laat zich al langer niet enkel verblinden door die karrenvracht aan goals, achttien deze keer. Mbokani is immers zoveel meer dan een roofdier in de zestien. Met zijn onverzettelijke lijf en fijnzinnige balaanname is de Congolees de kapstok waar Bölöni de rest van zijn elftal aan mag ophangen.

1. Jonathan David (KAA Gent, 154)
Diamant. Waag het niet daar nog 'ruwe' voor te zetten. Het moet van Kevin De Bruyne en Thibaut Courtois geleden zijn dat er zo’n zekerheid op een grootse carrière heeft rondgedarteld op de Belgische velden. Net twintig geworden, maar David voetbalt nog steeds als in de kindertuin. Met speels gemak rolt de Canadees verdedigers op: nu eens dankzij een onbevangen dribbel, dan weer na een onhoudbare krachtexplosie. De opbouw varieert vaak, het resultaat is steeds identiek: ijskoude afwerking. Die onwaarschijnlijke cool leidde tot 37 rozen in twee jaar tijd. Wie start het bieden?