Referee Department oordeelt: Drie keer een overijverige VAR in de JPL

De VAR is ook dit seizoen nog niet onbesproken gebleven. Afgelopen seizoen kwam de videoref weer bijzonder vaak in actie. Te vaak, zo oordeelt bij het Professional Referee Department.

In de wekelijkse terugblik van het Professional Referee Department blikt men terug op enkele VAR-ingrepen van het voorbije weekend. Daaruit blijkt dat de VAR drie keer had ingegrepen wanneer dat niets moest.

Het eerste voorval gebeurde in de wedstrijd tussen Standard en Zulte Waregem. Olivier Deschacht beging een fout en kreeg een rode kaart onder de neus geschoven. De VAR leek daar niet akkoord mee te gaan en liet de scheidsrechter de beelden nog eens bekijken. Onterecht, oordeelt het Referee Department.  'Een VAR interventie was niet nodig', valt er te lezen op de officiële website van de KBVB.

Die interventie van de VAR haalde echter weinig uit, want de scheidsrechter besloot om de rode kaart van Deschacht te laten staan

Hands
Ook tijdens de wedstrijd tussen KV Mechelen en Genk greep de VAR in. Een schot van een Mechelen-aanvaller raakte de hand van Bryan Heynen. Scheidsrechter Van Driessche vond het geen hands, de VAR liet de scheidsrechter toch naar de beelden kijken. Het Referee Department geeft aan dat de arm dicht bij het lichaam van Heynen zat en een interventie dus ook niet nodig was.

Ook bij Antwerp-Waasland-Beveren was er een strafschopsituatie met hands. De scheidsrechter van dienst besloot daar om wél een penalty te fluiten. De VAR liet Boucaut toch naar de beelden kijken, die besloot om Antwerp toch nog een strafschop te geven.

Het Referee Department geeft aan dat de VAR ook hier te gretig ingreep en dat de videoscheidsrechter enkel moet ingrijpen wanneer de beelden '100 procent kunnen aantonen dat de scheidsrechter een foute beslissing heeft genomen'.