Transfervrije buitenkansjes? Deze bekende spelers zitten zonder club
De winterse transferperiode is voorbij, maar dat betekent niet dat er niets meer mogelijk is. VoetbalPrimeur denkt mee met clubs die de slag gemist hebben in januari: een lijst van gevestigde buitenkansjes die momenteel clubloos zijn.
Isco (30 jaar)
Isco speelde liefst negen seizoenen voor Real Madrid. Hoewel de fijnbesnaarde technicus lang niet altijd verzekerd was van een basisplaats, had hij toch een aanzienlijk aandeel in de successen. Met de Koninklijke won hij onder meer vijf keer de Champions League en drie keer La Liga. Isco raakte echter steeds meer op het tweede plan en koos vorige zomer voor Sevilla.
Dat bleek geen gelukkige combinatie. De Andalusiërs strijden dit seizoen tegen degradatie en mede daardoor kwam Isco niet uit de verf. Nog voor Kerst scheidden de wegen van beide partijen. De spelmaker leek naar Union Berlin te verkassen, maar die deal ketste ná de medische keuring alsnog af. Everton zou in de race zijn, maar ook het Turkse Konyaspor wordt genoemd.
Max Kruse (34 jaar)
Kruse was jarenlang een garantie op doelpunten in de Bundesliga, maar clubs moesten dan wel genoegen nemen met zijn fratsen naast het veld. Zo heeft hij een liefde voor gokken en gamen. In Duitsland kreeg de veertienvoudig international het stempel Skandal-kicker. Dit seizoen had VfL Wolfsburg er al snel genoeg van en eind november werd het contract van Kruse ontbonden.
De oud-spits van onder meer Borussia Mönchengladbach, Werder Bremen en Union Berlin werd begin januari door BILD nog in verband gebracht met Feyenoord. Ook Amerikaanse clubs zouden interesse tonen. Wie weet nog één keer de juiste snaar te raken bij Kruse?
Jesé Rodriguez (29 jaar)
Jesé schopte het als groot talent tot het eerste elftal van Real Madrid. Een glansrijke carrière in het Estadio Santiago Bernabéu lag in het verschiet, maar de linksbuiten wist – mede door de concurrentie van Cristiano Ronaldo – niet veel speeltijd af te dwingen. Dat was overigens niet geheel buiten zijn eigen schuld om, want hij viel vooral op door zijn nachtelijke escapades.
Toch durfde toenmalig PSG-directeur Patrick Kluivert 25 miljoen euro voor hem neer te leggen in 2016. Jesé werd een flop en speelde vervolgens voor Stoke City, Real Betis, Sporting Portugal, Las Palmas en Ankaragücü. In januari vertrok hij uit Turkije ondanks vijf goals en twee assists in zestien duels. De aanvaller zou graag terug willen keren naar de Canarische eilanden, waar hij vandaan komt. Tenerife geldt daarom als serieuze optie, maar ook Real Zaragoza zou interesse hebben. Wellicht valt hij nog te verleiden tot een ander avontuur. Zijn talent was nooit het probleem.
Jürgen Locadia (29 jaar)
Plots prijkte de naam van Locadia op een lijstje met mogelijke FC Barcelona-spitsen afgelopen maand. Tot een droomstap naar de Catalanen kwam het niet, waardoor de 29-jarige Nederlandse spits nog altijd een nieuwe club zoekt. Hij vertrok onlangs bij de Iraanse topclub Persepolis vanwege de onveilige situatie in het land. Met de tweet 'Woman Life Freedom' had hij zich bovendien niet bij iedereen geliefd gemaakt.
Locadia heeft er al meerdere avonturen opzitten. Hij brak in het seizoen 2012/2013 door bij PSV en verdiende zes jaar later een transfer naar Brighton & Hove Albion, dat zeventien miljoen betaalde. Zo succesvol als in Eindhoven was hij echter niet meer. Na de Premier League-club kwam hij nog uit voor Hoffenheim, Cincinnati en VfL Bochum.
Eliaquim Mangala (31 jaar)
Mangala brak door bij Standard, maar maakte al snel de overstap naar FC Porto. Daar leek het snel te gaan met de carrière van de linksbenige centrale verdediger. In 2014 had Manchester City liefst 45 miljoen euro voor hem over, waarmee hij destijds de duurste verdediger in de Premier League werd. In zijn eerste twee seizoenen kwam de Fransman geregeld aan spelen toe bij de Engelse topclub, maar daarna verloor hij de concurrentiestrijd.
Mangala werd verhuurd aan Everton, voordat Valencia hem transfervrij oppikte. In de sinaasappelstad was zijn inbreng gering en ook bij AS Saint-Étienne wist hij de draad niet op te pakken. Hij zit nu al sinds vorige zomer zonder club.
Sime Vrsaljko (31 jaar)
Vrsaljko komt uit de befaande jeugdopleiding van Dinamo Zagreb. Na periodes bij Genoa en Sassuolo groeide hij uit tot een waardevolle kracht bij Atlético Madrid, waarmee hij La Liga en de Europa League won. Ook een bronzen medaille op het WK 2018 prijkt op het palmares van de Kroatische rechtsback, die tussendoor nog een seizoen op huurbasis voor Internazionale speelde.
Vrasljko werd de laatste jaren geplaagd door blessures. Mede daardoor liep een avontuur bij Olympiakos op niets uit, maar de verdediger kan voor veel clubs nog een waardevolle toevoeging zijn.
Santiago Arias (31 jaar)
Arias is geen onbekende. De Colombiaanse vleugelverdediger beleefde zijn beste periode bij PSV, waarmee hij onder meer drie keer landskampioen werd. Atlético Madrid strikte hem in 2018 voor zo'n elf miljoen euro, maar in de Spaanse hoofdstad was hij alleen in zijn eerste seizoen geregeld basisspeler. In augustus vorig jaar werd zijn contract ontbonden, nadat hij eerder was verhuurd aan Bayer Leverkusen en Granada.
Arias zou vorige zomer zijn aangeboden bij Ajax, terwijl hij zelf ook wel oren had naar een terugkeer bij PSV. Verder kwamen geruchten over interesse van Manchester United uiteindelijk niet van de grond. Daardoor zoekt Arias nog steeds een nieuwe club.
Zakaria Labyad (29 jaar)
Labyad heeft zijn sporen verdiend in de Eredivisie. Hij begon zijn carrière als enfant terrible bij PSV en vertrok op jonge leeftijd naar Sporting Portugal, dat hem onder meer verhuurde aan Vitesse. Hij bloeide echt op bij FC Utrecht, waar de aanvallende middenvelder niet voor niets een transfer naar Ajax verdiende. Daar gold hij vooral als breedteversterking.
De nog altijd pas 29-jarige Labyad trok afgelopen zomer de deur achter zich dicht in Amsterdam, maar een blessure bemoeilijkte de zoektocht naar een nieuwe club. Inmiddels traint hij al weer eventjes mee bij FC Utrecht. Het lijkt niet uitgesloten dat die club hem weer vastlegt als hij straks fit is.
Danny Rose (32 jaar)
Rose was liefst veertien jaar een nuttige kracht bij Tottenham Hotspur, waarvoor hij in totaal 214 duels speelde. In 2021 besloten de Londenaren zijn contract niet te verlengen, omdat hij voorbij was gestreefd in de pikorde. Ook bij Watford, dat hem oppikte, kwam hij vervolgens niet veel aan spelen toe.
Dat neemt niet weg dat Rose een aardig palmares heeft. Zo speelde hij ook 29 interlands voor Engeland. Hij schijnt interesse gewekt te hebben van enkele Championship-clubs en dat is niet gek, linksbacks zijn immers schaars.
Hatem Ben Arfa (35 jaar)
Ben Arfa is het schoolvoorbeeld van een speler die niet het maximale uit zijn carrière heeft gehaald. Technisch gezien waren er lange tijd weinig betere spelers in Frankrijk, maar zijn mentaliteit – zowel binnen als buiten de lijnen – liet weleens te wensen over. Vorige zomer vertrok hij bij Lille, nadat hij openlijk zijn 'incompetente' trainer met de grond gelijk had gemaakt vanwege de defensieve speelstijl.
Ben Arfa kwam in het verleden uit voor clubs als Olympique Lyon, Olympique Marseille en Newcastle United. En na een ijzersterk jaar bij OGC Nice pikte Paris Saint-Germain hem op, maar dat werd geen succes. Via Rennes, Real Valladolid en Bordeaux belandde hij vervolgens bij Lille.
Alejandro Pozuelo (31 jaar)
Pozuelo kwam meest recent uit voor het Inter Miami van David Beckham, maar afgelopen maand vertrok hij uit de Verenigde Staten. De aanvallende middenvelder speelde in de jeugd van Real Betis, kwam ook uit voor Swansea City en Rayo Vallecano, maar beleefde zijn beste periode natuurlijk bij KRC Genk. Daar was hij goed voor 29 assists en 17 treffers in 106 competitieduels.
Niet voor niets betaalde Toronto FC in 2019 negen miljoen euro voor Pozuelo. Ook in de MLS kan de Spanjaard best op aardige statistieken bogen, waardoor het een kwestie van tijd is dat een club hem oppikt.
Hyun-jun Suk (31 jaar)
Suk kan qua carrière niet tippen aan veel andere namen in dit lijstje, maar de cultheld van Ajax mag niet ontbreken. De Zuid-Koreaan dook in 2009 in Amsterdam op en mocht van toenmalig trainer Martin Jol meetrainen. Hij dwong een klein contractje af en groeide uit tot publiekslieveling. Zijn prestaties op het veld bleven alleen wat achterwege.
Suk probeerde het ook nog bij FC Groningen, voordat hij in Portugal daadwerkelijk een flinke ontwikkeling doormaakte. Zodanig zelfs dat FC Porto hem oppikte. Dat bleek dan net weer een stapje te hoog voor de spits, die de voorbije seizoenen uitkwam voor Troyes en Reims. Voor die clubs wist hij in totaal tien treffers te noteren in zeventig Ligue 1-optredens. Zo slecht is dat zeker niet.
Raúl Gudiño (26 jaar)
We sluiten de lijst af met een doelman. Gudiño werd op jonge leeftijd door FC Porto binnengehaald, maar hij schopte het niet verder dan het tweede team. Na terugkeer in Mexico was hij wel succesvol voor Guadalajara. Hij groeide uit tot international en speelde vijf interlands.
De laatste jaren was Gudiño actief bij Atlanta United, maar in januari liep zijn contract af. De 1.96 meter lange sluitpost was geen eerste keus bij de Amerikanen, maar voor clubs die het keepersbestand willen uitbreiden is hij een prima optie.
