Anderlecht, Genk, Club Brugge en Standard kennen regels voor beloftenploegen

In de Challenger Pro League krijgen we volgend seizoen vier beloftenploegen te zien. De jonkies van RSC Anderlecht, Standard, Club Brugge en KRC Genk mogen zich op profniveau tonen. De voorwaarden voor die beloftenploegen zijn inmiddels ook bekend.

Het was lange tijd onduidelijk aan welke voorwaarden de beloftenploegen moesten voldoen over wie opgesteld mocht worden. Daar is nu duidelijkheid over gekomen. De Pro League kwam met duidelijke regels voor de beloftenploegen en gaf het ook al aan dat minstens de twee komende seizoen beloftenploegen te zien zullen zijn in de Challenger Pro League.

De regels
* Eén speler is altijd vrij van leeftijdsbeperkingen, zolang hij nog geen wedstrijd voor het officiële A-elftal heeft afgewerkt dat seizoen. 
* De algemene regel: voetballers moeten geboren zijn in het jaar 1999 of later. Doelmannen mogen tot 25 jaar oud zijn (geboortejaar ten vroegste 1997). Spelers die in de laatste match van de eerste ploeg minstens 45 minuten hebben gevoetbald of aan de aftrap van die partij stonden, worden uitgesloten van deelname aan de eerstvolgende wedstrijd van het U23-team. 
* Na zes officiële wedstrijden van de A-ploeg komt daar nog een restrictie bij. Wie dan tweederde van het lopende seizoen als starter bij de A-ploeg is begonnen of in tweederde van die matchen ten minste 45 minuten heeft gespeeld, kan niet voor de U23 uitkomen.

Medische uitzondering
Het reglement voorziet ook in een uitzondering voor A-spelers die herstellen van een blessure. Als zij de laatste 6 officiële duels van het eerste elftal hebben gemist en een doktersbewijs van hun blessure kunnen voorleggen, mogen zij maximaal twee wedstrijden meespelen met de beloften. Deze afwijking is slechts geldig voor één speler per wedstrijd.

De clubs die hun beloften inschrijven in de Challenger Pro League en de nationale reeksen krijgen bovendien nog enkele belangrijke voorwaarden opgelegd. Minstens de helft van de spelers moet gedurende drie jaar opgeleid zijn op de eigen academie voor hun 21e levensjaar. Twee derde van de spelers op het wedstrijdblad moeten hun opleiding genoten hebben bij een Belgische club.