FC Barcelona komt in minuut 97 langszij dankzij verguisde de Jong

Luuk de Jong heeft FC Barcelona in extremis een punt bezorgd tegen Espanyol. Zijn ploeg dreigde te verliezen, tot de Nederlandse spits in blessuretijd deed waarvoor hij was ingebracht: 2-2.

Gewapend met een flinke dosis zelfvertrouwen, door de overwinning op Atlético Madrid van vorige week, begon Barcelona aan de stadsderby tegen Espanyol. Het viel voor Xavi en co. al na twee minuten de juiste kant op: Jordi Alba bediende Pedri, die de bal keurig in het doel schoot. Barcelona moest het daarna vooral hebben van de grillen van Adama Traoré en Ferrán Torres. Beiden waren dicht bij een goal, die echter aan de andere kant viel. Dat gebeurde vlak voor rust, toen Sergi Darder Marc-André Ter Stegen in de verre hoek passeerde met een bekeken schot van buiten de zestien.

Na de wissel Eric García/Ronald Araujo greep Barcelona al snel weer de controle over de wedstrijd en daarna ook de voorsprong. Althans, zo leek het. Een vlammend schot van Gavi werd afgekeurd omdat er in de opbouw van de aanval sprake zou zijn geweest van buitenspel. De VAR keurde de goal af. Tot overmaat van ramp werd de goal van Espanyol, een kleine tien minuten later, wél goedgekeurd. Darder, de man van de 1-1, bediende nu Raul de Tomas, die Ter Stegen kansloos liet.

Een slotoffensief van Barcelona bleef uit en daardoor hoefde Espanyol niet al te veel moeite te doen om overeind te blijven. Xavi bracht Luuk de Jong pas in blessuretijd in om een 2-2 te forceren. Beide ploegen zouden de wedstrijd overigens niet met elf man uitspelen. In blessuretijd kregen zowel Gerard Pique (Barcelona) als Nico Melamed (Espanyol) hun tweede gele kaart na provocatief gedrag. Uiteindelijk kroonde de Jong zich tot de held: 2-2.